Middelburg Dronk

Kanaalzicht

(Mooie verhalen)
(Dutch J Den Hollander over Kanaalzicht in 1975)
Regel 92: Regel 92:
 
===Dutch J Den Hollander over Kanaalzicht in 1975===
 
===Dutch J Den Hollander over Kanaalzicht in 1975===
 
Mijn eerste bijdrage heeft te maken met mijn roots. Geboren in Middelburg, keerde ik na 26 jaar Breda in 1969 weer voor een paar jaar terug om samen met Jaap Wolterbeek voor de PZEM een film te maken van de bouw van de kerncentrale in Borssele. En van die Jaap leerde ik behalve filmen ook echt fotograferen. Dat resulteerde in 1972 in een opdracht van de stad Middelburg om voor het Monumentenjaar een expo en een boek over dit onderwerp te maken. Ik koos behalve voor de architectuur vooral voor de sfeer op straat en daar is mijn liefde voor straatfotografie waarschijnlijk ontstaan. In 1975 kwamen deze biljartende boer en boerin in de klederdracht van Walcheren vaak in café Kanaalzicht tegenover het station. Ze stralen de nuchterheid en onverzettelijkheid uit van het Zeeuwse land.
 
Mijn eerste bijdrage heeft te maken met mijn roots. Geboren in Middelburg, keerde ik na 26 jaar Breda in 1969 weer voor een paar jaar terug om samen met Jaap Wolterbeek voor de PZEM een film te maken van de bouw van de kerncentrale in Borssele. En van die Jaap leerde ik behalve filmen ook echt fotograferen. Dat resulteerde in 1972 in een opdracht van de stad Middelburg om voor het Monumentenjaar een expo en een boek over dit onderwerp te maken. Ik koos behalve voor de architectuur vooral voor de sfeer op straat en daar is mijn liefde voor straatfotografie waarschijnlijk ontstaan. In 1975 kwamen deze biljartende boer en boerin in de klederdracht van Walcheren vaak in café Kanaalzicht tegenover het station. Ze stralen de nuchterheid en onverzettelijkheid uit van het Zeeuwse land.
 +
<gallery perrow="3">
 +
Bestand:Betje_en_Krijn_Kanaalzicht_Dutch_J_Den_Hollander.jpg Betje en Krijn biljarten in Kanaalzicht, 1975
 +
</gallery><br />
 +
 
===Narre en de Marremot===
 
===Narre en de Marremot===
 
De gebroeders Schuilwerve leerde ik begin jaren '70 kennen in De Reutel. Ze keken eerst een beetje de kat uit de boom, want wat moest zo´n langharige opgeschoten jongen in hun stamkroeg. Toen de nieren eenmaal waren geproefd en mijn stamboom was gelicht, werd ik ruimhartig in hun midden opgenomen. Adrie had altijd een grap of sterk verhaal paraat en was wellicht zo aan zijn bijnaam Narre gekomen. Willem werd de Marremot genoemd en ik moet zeggen dat hij wel iets van dat aaibare kinderspeelgoed weg had. De interactie tussen de twee broers was straattoneel in optima forma – een toevallige passant moet weleens gedacht hebben dat er later nog klappen zouden vallen. Maar het was een uitgenast spel van sneren en halve waarheden dat Adrie en Willem tot in hun vingertoppen beheersten. Ze waren altijd op de fiets, want De Reutel was geen einddoel maar slechts tussenstation op hun dagelijkse caféroute. Narre was meestal blootshoofds en de Marremot droeg altijd een pet; 's zomers een witte. Willem’s zoon Daniël schreef het, hieronder vermelde, boekje ''Verhalen rond de Lange Jan 1936-1940'' met herinneringen uit zijn kinderjaren. Er staat een mooi verhaal in over zijn vader in café [[De Kleine Karsenboom]] van Arie Zeeveld aan de Bree, waar het gezin vlakbij woonde. In dat verhaal wordt oom Narre ook opgevoerd – dus die had zijn bijnaam al heel lang. Er staat ook te lezen dat Willem vaak niet uit een café was weg te branden omdat hij graag biljartte en kaartte en daarnaast ook nog met een vloeitje te lijmen was. Zo zie ik Narre en de Marremot nu nog voor me: biljartend, kaartend aan de stamtafel of staand aan de toog. In die tijd stonden er nog geen krukken aan de bar en de komst daarvan was nu niet direct een vooruitgang - men hing niet meer maar zat. De Reutel voor het barkrukkentijdperk had toch een ander karakter. Je kon er paardenbiefstuk of –worst bestellen bij barman Arie Hill (die ging hij periodiek in zijn geboortestad Haarlem halen), vers gerookte paling bij Piet Otto en als je mazzel had kreeg je een bord gekookte mosselen van Ome Jan ''de Bootsman'' Blom die boven de kroeg woonde – er heeft nog jaren een prachtig door [http://nl.wikipedia.org/wiki/Guido_Metsers Guido Metsers] geschilderd portret van hem aan de muur gehangen. Enfin, Willem gaf zijn kroeggenen door aan zijn kinderen, want zoon Jaap en schoondochter Lies Schuilwerve zaten een tijd in [[Dampoort]] en dochter Riet zat met man Puck [[Brandes]] in het gelijknamige café. Narre en de Marremot zijn al kroeglopend serieus oud geworden. Adrie werd 89 en Willem 90 – zo zie je maar dat een biertje op zijn tijd geen kwaad kan.
 
De gebroeders Schuilwerve leerde ik begin jaren '70 kennen in De Reutel. Ze keken eerst een beetje de kat uit de boom, want wat moest zo´n langharige opgeschoten jongen in hun stamkroeg. Toen de nieren eenmaal waren geproefd en mijn stamboom was gelicht, werd ik ruimhartig in hun midden opgenomen. Adrie had altijd een grap of sterk verhaal paraat en was wellicht zo aan zijn bijnaam Narre gekomen. Willem werd de Marremot genoemd en ik moet zeggen dat hij wel iets van dat aaibare kinderspeelgoed weg had. De interactie tussen de twee broers was straattoneel in optima forma – een toevallige passant moet weleens gedacht hebben dat er later nog klappen zouden vallen. Maar het was een uitgenast spel van sneren en halve waarheden dat Adrie en Willem tot in hun vingertoppen beheersten. Ze waren altijd op de fiets, want De Reutel was geen einddoel maar slechts tussenstation op hun dagelijkse caféroute. Narre was meestal blootshoofds en de Marremot droeg altijd een pet; 's zomers een witte. Willem’s zoon Daniël schreef het, hieronder vermelde, boekje ''Verhalen rond de Lange Jan 1936-1940'' met herinneringen uit zijn kinderjaren. Er staat een mooi verhaal in over zijn vader in café [[De Kleine Karsenboom]] van Arie Zeeveld aan de Bree, waar het gezin vlakbij woonde. In dat verhaal wordt oom Narre ook opgevoerd – dus die had zijn bijnaam al heel lang. Er staat ook te lezen dat Willem vaak niet uit een café was weg te branden omdat hij graag biljartte en kaartte en daarnaast ook nog met een vloeitje te lijmen was. Zo zie ik Narre en de Marremot nu nog voor me: biljartend, kaartend aan de stamtafel of staand aan de toog. In die tijd stonden er nog geen krukken aan de bar en de komst daarvan was nu niet direct een vooruitgang - men hing niet meer maar zat. De Reutel voor het barkrukkentijdperk had toch een ander karakter. Je kon er paardenbiefstuk of –worst bestellen bij barman Arie Hill (die ging hij periodiek in zijn geboortestad Haarlem halen), vers gerookte paling bij Piet Otto en als je mazzel had kreeg je een bord gekookte mosselen van Ome Jan ''de Bootsman'' Blom die boven de kroeg woonde – er heeft nog jaren een prachtig door [http://nl.wikipedia.org/wiki/Guido_Metsers Guido Metsers] geschilderd portret van hem aan de muur gehangen. Enfin, Willem gaf zijn kroeggenen door aan zijn kinderen, want zoon Jaap en schoondochter Lies Schuilwerve zaten een tijd in [[Dampoort]] en dochter Riet zat met man Puck [[Brandes]] in het gelijknamige café. Narre en de Marremot zijn al kroeglopend serieus oud geworden. Adrie werd 89 en Willem 90 – zo zie je maar dat een biertje op zijn tijd geen kwaad kan.

Versie van 19 feb 2018 om 11:35

 

Kanaalzicht

Stationsstraat 32
4331JB Middelburg

0118-61270
Facebook

 

Een legendarisch café met een lange geschiedenis aan de Middelburgse Stationsstraat 32, nabij de stationsbrug - eerst was het adres Bij het Kanaal P 10, later Stationsweg P 44 genoemd, weer later Stationsstraat P 44 en tenslotte Stationsstraat 32. Het café is één van de oudste nog bestaande cafés in de stad - opvolger van Stationskoffiehuis, De Pauw (2) en Volkskoffiehuis.

Foto's

Meer afbeeldingen zijn te vinden op Kanaalzicht/fotos.


Geschiedenis

1933
A. Schuit

Arie Schuit, die eerder het Volkskoffiehuis op het adres had - daarvoor Bloemendaal en later Suisse) - noemt zijn zaak aan de Stationsstraat 32 in 1933 Kanaalzicht. In de crisisjaren er veel ellende in Kanaalzicht, daar menig werkeloze hier kwam om werk voor de dag te vinden. Veel schippers die in de buurt aangemeerd lagen zochten er mensen voor het laden en lossen. Na de gedane arbeid werd in het café uitbetaald, wat tot gevolg had dat velen alsnog zonder geld thuiskwamen.

1940
Henk Baurdoux

Arie Schuit zit in 1940 nog in Kanaalzicht (zeeuwengezocht [1]), maar doet dat jaar zijn zaak over aan zijn dochter Nel en haar man Henk Baurdoux - ze waren in 1933 getrouwd (zeeuwengezocht [2]). Henk Baurdoux stond in 1940 al ingeschreven op het adres Stationsstraat 32, maar toen nog als fabrieksarbeider (zeeuwengezocht [3])

1971
Willem Boogaard

Wanneer Henk Baurdoux in 1971 overlijdt is er geen opvolger - het echtpaar Baurdoux was kinderloos - en neemt Willem Boogaard de zaak over. Willem overlijdt op 22 mei 1981 aan de gevolgen van een auto-ongeluk.

1977
Frits Tienpond

Op 1 augustus 1977 heropent Frits Tienpond Kanaalzicht. Frits verandert het karakter van de Reutel, er komen namelijk voor het eerst krukken aan de bar.

1984
Jose Tienpond en Sonja Tienpond

Als Frits Tienpond in 1984 ziek wordt is er geen gebrek aan opvolgers - de zaak wordt voortgezet door zijn dochters. Dochters Jose en Sonja gingen er hard tegenaan en niet zonder succes. Natuurlijk was ook de inzet van moeder Lonie niet te verwaarlozen. Vader Frits overleed in april 1990. In 1996 gingen de zussen ieder huns weegs. Sonja nam café De Schuur over en José ging onder eigen naam verder met Kanaalzicht - later zou zij met zoon Davy de Gast ook nog enige tijd caféDampoort aan de Nederstraat exploiteren. In die periode, vanaf januari 2002, huurde broer Rob Tienpond Kanaalzicht anderhalf jaar, daarna nam José het weer over. In 2007 werd de zaak verkocht aan Arold Back. Vanaf 2009 zijn José en Davy eigenaars van café De Koning aan de Turfkaai in Middelburg.

2007
Arold Back

Op 2 april 2007 koopt Arold Back (van investeringsmaatschappij Back Vastgoedin Drenthe) de zaak van José. Hij verhuurt de zaak meteen door aan Kees Petiet, Danny van Wittene en Wil Maljers, die samen een VOF hebben.

2010
Judith Doomen

In januari 2010 werkt Judith Doomen als tijdelijke kracht in De Reutel dat dan lang te koop staat. Enige maanden later neemt ze de zaak over (als exploitante), - een jaar later vertrok ze.

2011
Marijke Wevers-Dierickx en Cindy Wevers

Marijke Wevers en dochter Cindy zitten tussen 2011 en 2013 in de zaak. In 2014 vertrekken ze naar Vlissingen waar ze in de Walstraat Café The Flying Scotsman beginnen. Marijke overleed op 1 november 2017.

2013

Vanaf april 2013 staat café Kanaalzicht te koop bij Horeca Traject Effect, van Danny van Wittene. De begeleidende tekst: "Misschien wel het oudste cafébedrijf van Middelburg "De Reutel". Het bedrijf heeft een ingang aan de drukke Stationstraat maar ook aan de achterzijde van het pand. Is voorzien van een ruime keuken , koelcel (opslag kelderbier) en magazijnruimte. Er is een mooie bovenwoning met aparte entree aanwezig. Géén personele verplichtingen. Meer informatie verstrekken wij u graag in een persoonlijk gesprek. De zaak wordt nog steeds geëxploiteerd door Kees Petiet.

2015
Esther van Laarhoven-Saija

Met ingang van 1 januari 2015 wordt Esther van Laarhoven-Saija de nieuwe uitbaatster van de Reutel. Esther is de zus van Jimmy Saija van café het Hart van Middelburg.

Naamgeving

Spreekt voor zich. Aangezien de kastelein enorm stotterde, kreeg hij Kanaalzicht de bijnaam 'De Reutel'. Dat is een versie die door sommigen wordt weersproken. De nadere versie is dat men hier op de pof of, anders gezegd, op de reutel kon drinken. Die laatst versie is wel een logische - in Het Zeeuws etymologisch woordenboek (dr. Frans de Brabandere, uitgave Atlas 2007) staat bij het lemma reutel, reutelstok het volgende: "Die kerfstokken hingen nl. in een bos aan aan de toonbank of de tapkast, voorzien van de naam van de klant. Vanwege het ratelend geluid van die houten kerfstokken werden ze reutels genoemd."

Bijzonderheden

  • Kanaalzicht heeft ook een slijterijvergunning. Voor vaste klanten bestaat nog steeds de mogelijkheid om deel te nemen aan het spaarsysteem van het café. Twee keer per jaar wordt het gespaarde geld uitbetaald.
  • In een krantenknipsel uit 1896 (opening café-restaurant door Compter, staat P 44 vermeldt, in plaats van P10. Mogelijk ging dat om een ander pand, of de nummer P10 is niet correct.
  • Henk Baurdoux is de zoon van Hendrik Baurdoux die in Het Wapen van Nieuwland in Nieuw- en St. Joosland zat.
  • De familie Tienpond is een echte horecafamilie. Vader Frits en dochters Jose en Sonja zaten natuurlijk in De Reutel - Jose zat later nog in Dampoort en De Koning, Sonja in De Schuur en zoon Rob in Dampoort waar de voorganger van zus Jose was.
  • Renny Minnaert van Desafinado stond ook een tijd bij De Reutel achter de bar.

Mooie verhalen

De verhalen van José de Gast

Oud-eigenaresse José de Gast heeft zoveel mooie verhalen over haar tijd in de Reutel, dat we er een speciale pagina voor hebben aangemaakt: Reutelverhalen van José de Gast.

Dutch J Den Hollander over Kanaalzicht in 1975

Mijn eerste bijdrage heeft te maken met mijn roots. Geboren in Middelburg, keerde ik na 26 jaar Breda in 1969 weer voor een paar jaar terug om samen met Jaap Wolterbeek voor de PZEM een film te maken van de bouw van de kerncentrale in Borssele. En van die Jaap leerde ik behalve filmen ook echt fotograferen. Dat resulteerde in 1972 in een opdracht van de stad Middelburg om voor het Monumentenjaar een expo en een boek over dit onderwerp te maken. Ik koos behalve voor de architectuur vooral voor de sfeer op straat en daar is mijn liefde voor straatfotografie waarschijnlijk ontstaan. In 1975 kwamen deze biljartende boer en boerin in de klederdracht van Walcheren vaak in café Kanaalzicht tegenover het station. Ze stralen de nuchterheid en onverzettelijkheid uit van het Zeeuwse land.


Narre en de Marremot

De gebroeders Schuilwerve leerde ik begin jaren '70 kennen in De Reutel. Ze keken eerst een beetje de kat uit de boom, want wat moest zo´n langharige opgeschoten jongen in hun stamkroeg. Toen de nieren eenmaal waren geproefd en mijn stamboom was gelicht, werd ik ruimhartig in hun midden opgenomen. Adrie had altijd een grap of sterk verhaal paraat en was wellicht zo aan zijn bijnaam Narre gekomen. Willem werd de Marremot genoemd en ik moet zeggen dat hij wel iets van dat aaibare kinderspeelgoed weg had. De interactie tussen de twee broers was straattoneel in optima forma – een toevallige passant moet weleens gedacht hebben dat er later nog klappen zouden vallen. Maar het was een uitgenast spel van sneren en halve waarheden dat Adrie en Willem tot in hun vingertoppen beheersten. Ze waren altijd op de fiets, want De Reutel was geen einddoel maar slechts tussenstation op hun dagelijkse caféroute. Narre was meestal blootshoofds en de Marremot droeg altijd een pet; 's zomers een witte. Willem’s zoon Daniël schreef het, hieronder vermelde, boekje Verhalen rond de Lange Jan 1936-1940 met herinneringen uit zijn kinderjaren. Er staat een mooi verhaal in over zijn vader in café De Kleine Karsenboom van Arie Zeeveld aan de Bree, waar het gezin vlakbij woonde. In dat verhaal wordt oom Narre ook opgevoerd – dus die had zijn bijnaam al heel lang. Er staat ook te lezen dat Willem vaak niet uit een café was weg te branden omdat hij graag biljartte en kaartte en daarnaast ook nog met een vloeitje te lijmen was. Zo zie ik Narre en de Marremot nu nog voor me: biljartend, kaartend aan de stamtafel of staand aan de toog. In die tijd stonden er nog geen krukken aan de bar en de komst daarvan was nu niet direct een vooruitgang - men hing niet meer maar zat. De Reutel voor het barkrukkentijdperk had toch een ander karakter. Je kon er paardenbiefstuk of –worst bestellen bij barman Arie Hill (die ging hij periodiek in zijn geboortestad Haarlem halen), vers gerookte paling bij Piet Otto en als je mazzel had kreeg je een bord gekookte mosselen van Ome Jan de Bootsman Blom die boven de kroeg woonde – er heeft nog jaren een prachtig door Guido Metsers geschilderd portret van hem aan de muur gehangen. Enfin, Willem gaf zijn kroeggenen door aan zijn kinderen, want zoon Jaap en schoondochter Lies Schuilwerve zaten een tijd in Dampoort en dochter Riet zat met man Puck Brandes in het gelijknamige café. Narre en de Marremot zijn al kroeglopend serieus oud geworden. Adrie werd 89 en Willem 90 – zo zie je maar dat een biertje op zijn tijd geen kwaad kan.

Foto's Narre, Ome Jan Blom en André de Boer


André de Boer

De Reutel heeft altijd een kleurrijke klantenkring gekend en André de Boer is daar een mooi voorbeeld van. Ik zie hem nog voor me: een wat slungelachtige, enigszins rossige man die merkwaardig drinkgedrag vertoonde. Hij dronk koppeltjes, maar niet het normale koppeltje van bier en jonge jenever - hij dronk bier met van die ietwat zoete Duitse lawaaiwijn. Hij had een vrolijke inslag en praatte met iedereen, want iedereen kende André, een notoire Middelburger. Hij was getrouwd geweest met Sanne Koeman, een, in haar goede jaren, mooie vrouw die vaak met paard en wagen reed. Later had hij zo af en toe een vrouw die voor hem de kost verdiende als masseuse, een eufemisme voor publieke vrouw. Een van die vrouwen was niet direct ruim gezegend met schoonheid, mede daarom had ze in De Reutel de bijnaam Leen Jongewaard gekregen. Leen Jongewaard was vaak op tv o.a. in de serie 'Het Schaep met de vijf poten' en 'Ja zuster, nee zuster' en ik moet zeggen dat ze wel een beetje op hem leek, zeker als ze een pet droeg. André zat ook eens een keer om wat zand verlegen in verband met een aan te leggen tegelpaadje. De Boks, ook een stamgast, reed vaak met zand voor Ouwerkerk en die wilde André best matsen met een beetje zand - hij zou het wel ter plekke afleveren. Toen André thuis kwam leek zijn tuintje wel een grote zandbak. De Boks had bij wijze van grap het beetje zand opgewaardeerd tot een aantal kuub. André kon er de humor wel van inzien, hij gaf De Boks wat te drinken en nam zelf nog een koppeltje.

De omgekeerde lat

Tot een paar jaar geleden kon je in Kanaalzicht al vanaf zes uur in de ochtend terecht, tot na middernacht. Soms schoven wij wel eens aan, na zelf een avond en nacht achter de bar te hebben gestaan. Ik vergeet nooit dat ik een keer rond zeven uur in de ochtend een paar Passoa-Jus bij Lonie bestelde (terwijl ik een paar hardgekookte eieren aan het opsmikkelen was). Twee weken later kwamen we er weer. Er bleek nog een Passoa-Jus open te staan. Ik dacht dat ik was vergeten te betalen, maar het ging om een drankje dat me was aangeboden, maar dat ik niet had aangenomen. Positief in het krijt staan. Daar had ik nog nooit van gehoord.

Uit Het Walchers Bierboek (1986)

"Vrijdagavond in café Kanaalzicht. Achter de toog plukt Lonie de trappistenglazen van de plank. Want ze komen er nog altijd, de 'studenten', zoals de jonge bezoekersgarde door de oudere stamgasten steevast wordt aangeduid. Zo'n twintig jaar geleden trof een tiental jonge lieden met artistieke en aanverwante aspiraties elkaar in het toenmalige café De Koophandel aan de Middelburgse Markt. Inspirerend middelpunt van het groepje was de veel te jong gestorven tekenaar Jacques Prince (zie Damzicht). Een hevig oplaaiend meningsverschil-om-niets met de kastelein deed op een avond het groepje en bloc opstappen. Ze namen de kortste weg naar Kanaalzicht. Henk Baurdoux schonk daar in de woelige jaren zestig de glaasjes jenever en vieux tot aan het randje vol, terwijl Nellie, zijn vrouw, die tevens het aanpalende tabakswinkeltje beheerde, achter een koetsiertje zat te knikkebollen.
Hoewel er na Henk en Nellie een niet-Zeeuwse uitbater de fles hanteerde en nu dochters van Lonie Tienpond het café drijven, is er nauwelijks iets veranderd. Het sigaren- en sigarettenwinkeltje heeft, geheel naar de ambtelijke eisen van deze tijd, plaats gemaakt voor echte toiletten en de bokaal hardgekookte eieren, de grootste van Walcheren, gelegd door de kippen van de postbode die er indertijd stamgast was, is vervangen door niet minder smakelijke gehaktballen-van-het-huis.[...] Maar interieur en ambiance zijn onverwoestbaar gebleken. Het met mozaïektegeltjes getooide bovenblad van de zestig jaar oude toog glooit als het Zuidlimburgse heuvelland maar dat past bij de bonte mengeling van gezellige schots en scheef hangende wandversieringen, waarvan sommige van maritieme oorsprong zijn. Invloed van het nabije Kanaal door Walcheren; er kwamen vroeger ook veel schippers.
Kanaalzicht, bij insiders beter bekend als De Reutel, naar het geheel eigen geluid dat een vroegere eigenaar te pas en te onpas voortbracht, is door de week al om zes uur 's morgens open. Dit ten gerieve van het personeel van de omringende bedrijven. Het publiek is verder gemengd, met aan de stamtafel een harde kern van 'oude makkers' die het 'doe maar gewoon' tot motto hebben. Een tof café dus.

Een citaat uit de PZC van juni 2010

"Ja, het klopt wel dat het café enige tijd te koop heeft gestaan. Maar nee, je bent te laat, Kanaalzicht is weer helemaal 'in'. Judith en parttime kracht Marja hebben er weer wat moois van gemaakt. "In januari ben ik als tijdelijke kracht gaan werken in Kanaalzicht, in Middelburg ook wel bekend als De Reutel," schrijft ze. "Na een paar dagen had ik al volop ideeën hoe ik het café zou voortzetten. Ik hou van oude spulletjes en die heb ik in het café teruggebracht. Gehaakte gordijnen, sanseveria's, pluche tafelkleden, kroonluchters aan het plafond, oude blikken en koffiepotten. Kortom, we gingen terug in de tijd." Doomen heeft nog veel meer plannen, "maar die kun je niet allemaal in één keer verwezenlijken. Het ging mij erom dat De Reutel, Kanaalzicht dus, weer een huiskamer voor iedereen werd." Kanaalzicht is altijd open, zeven dagen in de week. Van acht uur 's ochtends tot acht uur 's avonds door de week en in het weekend van negen tot negen. "Dan staan ze hier om half elf al te dansen en te feesten, waar zie je dat nog", verbaast Judith zich over haar succes."

Brand

Uit het krantenknipsel uit de PZC van 1971 (afbeelding 9) blijkt dat de Reutel in november 1971 te maken kreeg met een brand in de bovenwoning, juist voordat Willem Boogaard de zaak zou overnemen van Henk Baurdoux. Na het blussen van de brand stroomde het bluswater door alle naden van het plafond de kroeg in. Dat belette een stamgast niet om toch gewoon aan de toog te gaan zitten en zijn drankje te bestellen. Henk Baurdoux schonk die uiteraard gewoon in.

Roken

De Reutel is misschien wel de enige kroeg in Middelburg waar de niet-rokers kunnen plaatsnemen in het daarvoor bestemde, grote, niet-rokershok.

De Kaaiwerkers

In het boek Verhalen rond de Lange Jan 1936-1940, van Daniël Jac. Schuilwerve (Hoofdstuk 'De Kaaiwerkers')wordt het verhaal verteld van de arbeiders die schepen laadden en losten:'
"De uitbetaling vond op de toendertijd gebruikelijke wijze vanzelfsprekend plaats aan de tapkast bij de kastelein. Met stoffige kelen en verhemelten zo droog als een schoenzool, was het wél drinken geblazen. Met een paar knaken rijker kwam men dan 's avonds thuis bij moeder de vrouw, veelal met onzekere gang en beneveld door alcoholische dranken. Wie immers kon die verleiding weerstaan met het geld in de hand en met zo'n pracht van een dorst. Kanaalzicht bevond zich in de Stationstraat op een steenworp afstand van de kade. Van de kastelein deed het gerucht de ronde dat hij eenmaal een steenhouwerij ingeschakeld moet hebben. De blauwe drempel van zijn stoep was zo versleten door veelvuldig geschuifel van schoen- en klompzolen van zijn vaste stamgasten, dat er een nieuwe moest komen.De eigenaar van dit etablissement stond bij de burgerlijke stand ingeschreven onder de naam Hendrik Baurdoux. Deze kastelein beschikte over twee goede eigenschappen waarmee hij zijn kroegje draaiend hield. Ten eerste genoot hij de reputatie een glas bier te tappen om in te bijten en ten tweede verstond hij de kunst om met zijn pappenheimers om te gaan. En de kleine handicap, want Hendrik stotterde bij wijlen, werd door zijn stamgasten met een handgebaar van "'t heeft niets om het lijf", weggezwaaid. In een lallende bui had een bevriende klant van Hendrik hem eens toevertrouwd: "Hendrik jij stottert niet hoor, jij reutelt alleen maar een beetje." Het was deze broederlijke beeldspraak, die Hendrik de legendarische bijnaam 'De Reutel' bezorgde. Hoewel niemand Hendrik persoonlijk als zodanig aansprak leefde de bijnaam van De Reutel in de volksmond op ieders lippen. Zo werden er ook wel tevredenheidsuitingen geuit aan het adres van de kroegbaas. Want een habitué van de Reutel kalkte eens op het leitje van het biljart: "Hendrik schenkt bier om in te bijten!" En een grappenmaker, in benevelde toestand verkerende, schreef er onder: "En van Hoepen verkoopt zand, waar je kat in kan schijten." Er was inderdaad ene van Hoepen die in zand handelde. In de volksmond was het volgende rijmpje ontstaan: "Laat nu je katje maar poepen, maar koop je zand bij van Hoepen!""

Lekker zingen

Theo Richel schrijft:

"Toen Damzicht zijn aantrekkelijkheid verloren had, ik denk 1971, verhuisden we naar Kanaalzicht. Veel oude mannetjes, maar ook cineasten als Rob van Hoek en Jaap Wolterbeek en met dat soort mensen wilden we wel graag gezien worden. Hier geen mosselen, maar bierworstjes, geen wc maar een koer (cour?) waar je tegen de muur moest piesen, allemaal tamelijk goor en versleten. En iedereen roken natuurlijk. Iedere maandag was het mannendag, of hoe werd het genoemd, dan werden aan de toog liederen gezongen als ‘Er dreef een hoer in t Noordzeekanaal, dr rok was los en dr kut was kaal’. Is dat nou leuk? Ja dat was ontzettend leuk."

Oud-medewerkers

  • Begin jaren '70 werkte Renny Minnaert (eigenaar Desafinado) vijf jaar in de Reutel

Externe links

Bronnen