Middelburg Dronk

De Gouden Leeu

Hoek Langstraat Markstraat ca. 1895.JPG
Algemeen
Soort Herberg
Adres Langstraat 108
Links
Tijdlijn
Periode 1540-1550
Opvolger(s) De Granaetappel
Gebied
Zie ook Langstraat

Herberg in de Langstraat 108 te Arnemuiden - voorloper De Granaetappel.

Geschiedenis

1547

In de Middelburgse stadsrekening van 1547 wordt de taverne De Gouden Leeuw in Arnemuiden genoemd met de toevoeging dat er 7 personen tot een boete werden veroordeeld omdat zij geen blick voir huerlieder tavernen gehadt en hebben - in dat blick moest de prijs van de wijn vermeld staan - verdere gegevens ontbreken.

Foto's


Naamgeving

Was de naam van het pand dat wellicht dienst heeft gedaan als tolhuis.

Bijzonderheden

  • RAZE 180d, gedateerd 29 april 1681, geeft aan dat De Gouden Leeu zich op de hoek van de Langstraat en de Markt bevond: ..contra Johan Goewijn stadbode over koop 2 huizen naast elkaar gen. Blauwe Schuijtte en Granaetappel nu den Gouden Leeu, gestaen op de hoek v.d. markt. Paij moet betaald worden.

Mooie verhalen

Albrecht Dürer in Arnemuiden

In een bewerking van het dagboek van Albrecht Dürer door Ferdinand de Braakeleer, gepubliceerd op 22 augustus 2012, staat het volgende over Dürer's bezoek aan Walcheren en Arnemuiden in december 1520:

"Op Onze Lieve Vrouwe avond reisde ik met de gezellen naar Zeeland. Sebastiaan Imhof leende mij 5 gulden. Wij lagen de eerste nacht voor anker op zee; het was zeer koud, en wij hadden noch spijs noch drank. Des zaterdags kwamen wij aan in Ter Goes; daar heb ik een meisje in hare kleding geconterfeit. Wij voeren naar Erma (Arnemuiden), en kwamen voor het eiland Walcheren. Te Ernig (Arnemuiden) lagen wij overnacht. Van daar trok ik naar Middelburg. In de abdij zag ik het schilderij van Joannes De Mabuse; dit is beter geschilderd dan getekend. Daarna voer ik naar Terveer (Veere), waar de schepen van alle landen aankomen: het is een zeer fraai stedeken. Maar toen wij te Aremuiden aankwamen overviel ons een groot ongeluk. Juist toen wij daar wilden aanlanden en ons touw overwierpen kwam er een schip met geweld op ons toegezeild, terwijl we aan het uitstappen waren; zodanig dat ik een ieder, door het gedrang, voor mij liet uitgaan; zodat niemand dan ik, George Kotzler, twee oude vrouwen, de schipper en een jongen in het schip bleven. Omdat het schip zo henen sleep, en dat ik met de anderen die daar in waren daarvan niet konden afwijken, brak het zware touw, en een sterke stormwind dreef ons schip met geweld heen. Wij riepen allen om hulp; maar niemand waagde het ons te helpen: en zo sloeg de wind ons weer in zee. Daar roept de schipper en schreeuwt dat zijn knechten allemaal al ontscheept zijn en zijn schip dus niet volladen. Het was angstig en druk; de wind was hevig en er waren niet meer dan zes persoonen in het schip, Ik sprak tot de schipper: hij moest moed scheppen en hoop op God hebben. En na dat, wat zal het dan wezen, zei hij? Wij wilden dat hij het klein zeil zou hijsen en proberen dan weer te mogen afvaren. Zo hielpen wij elkaar zo veel mogelijk en voeren eindelijk richting wal. Toen kwamen de anderen die op het land stonden ons bij staan want zij zagen onze kloekmoedigheid, en wij genaakten de wal. Middelburg is een goede stad; heeft een zeer fraai raadhuis met een kostelijken toren: daar is aan alle dingen veel kunst. In de abdij is een allerkostelijkst gestoelte en een overheerlijke portiek van steen. De parochiekerk is zeer schoon; en voor een andermaal ware die stad kostelijk om na te tekenen. Zeeland is hups en wonderlijk om zien, behalve het water: want het is hooger dan het aardrijk. Te Ernig (Arnemuiden) heb ik mijn waard geconterfeit. Meester Hugo, Alexander Imhoffen en Frederic des Hierschvogels dienaar hebben mij ieder een Indiaanse hoen vereerd die zij met het spel gewonnen hadden; en de waard schonk mij een volwassen ui. Des middags vroeg voeren wij weer met het schip uit. Wij kwamen te Terveer (Veere) en vervolgens te Zierikzee. Daar wilde ik de grote vis (walvis) zien, die door de vloed weer is weg gehaald. Ik heb 2 gulden aan veren en teerkost uitgegeven, en 2 gulden aan een dekmantel. Ik kocht een vogelhuis aan van 1 stuiver en gaf 3 stuiver voor het thuisbrengen. 6 stuiver heb ik verspeeld, en ik vertrok naar Bergen. Ik heb de waard Aiden geconterfeit, ook de schnabhann, en 10 stuiver voor een ivoren kam gegeven. Ik kocht een stuk tin aan voorn2 gulden min 5 stuiver, en een stuk gewoon tin voor 2 gulden; ook geconterfeit te Bergen; den jongen Bernhard van Breslen, George Kotzler en François van Camerijk: gaven mij ieder een gulden, zo ook Jan de Has-Eiden. Ik kocht nog 2 stukken tin voor 4 gulden min 10 stuiver en conterfeitte Nicolaas Soilir. Dat is nu de negende maal sinds ik Zeeland heb verlaten dat ik te Bergen heb gegeten, iedere maal voor 4 stuiver. Ik gaf de voerman 3 stuiver en op vrijdag na St. Lucia kwam ik weer te Antwerpen bij Joost Planckfeld."

Het is niet zeker dat Dürer een volwassen ui van de waard in De Gouden Leeu kreeg - misschien was het een andere herberg - maar het verhaal is te mooi om niet op te nemen.

Adres en contactgevens

Langstraat 127 Arnemuiden

Externe links

Bronnen